Ik las in 2019 zo’n 80 boeken. Dat is iets waar ik best trots op ben! Ook al lijkt het soms alsof Netflix het leven heeft overgenomen, blijkbaar vind ik tussendoor toch nog steeds genoeg tijd voor boeken. Veel van die boeken waren overigens (helaas) e-boeken; want hoewel er niets gaat boven een echt boek probeer ik ons tijdelijke huis in Cambridge niet te overladen met boeken die ooit weer terugmoeten. Bovendien is een e-reader de perfecte uitkomst om mee te nemen tijdens een uitje.

In deze blog de hoogtepunten van het afgelopen leesjaar, met dank aan de website Goodreads waarin ik zoveel mogelijk alles bijhield.

Fictie

Pride and Prejudice – Jane Austen

Een echte klassieker, en één waar ik positief door verrast werd. Een onverwachte diepgang in emoties, herkenbaarder dan je op het eerste gezicht zou verwachten van een boek uit 1813. Ik had nog nooit iets gelezen van Jane Austen, maar dit was absoluut de moeite waard. Misschien wat taai als je niet gewend bent oudere boeken te lezen.

Powers – Ursula K. Le Guin

Deze schrijfster heb ik afgelopen jaar voor het eerst ontdekt. Het blijkt dat ze een behoorlijk bekend schrijfster was – ze is in 2018 overleden. En haar werk is geweldig! Ik las meerdere boeken van haar, maar deze bleef me het meeste bij. Le Guin schrijft in een wonderlijke antropologisch-beschrijvende stijl over mensen in door haar bedachte samenlevingen. Het is echt intrigerend hoe ze reflecteert op herkenbare vragen rondom bijvoorbeeld de positie van man en vrouw, of buitenstaander-zijn, terwijl de context van de hoofdpersonen totaal anders is dan de onze. Categorie fantasy of science-fiction.

Gesprekken met vrienden – Sally Rooney

Zo’n boek waar het niet gaat om het plot, maar om de relaties tussen mensen. En gewoonweg erg goed geschreven. Het roept zowel onbehagen als herkenning op, leest fijn, maar is ook bevreemdend. Ik houd wel van boeken met een totaal ander wereldbeeld dan het mijne.

Lampje – Annet Schaap

Een tip als je graag meer boeken wilt lezen: lees kinderboeken. Dat betekent niet: kinderachtige boeken. Veel jeugdliteratuur is gewoonweg ontzettend goed geschreven en leest heerlijk. Een voorbeeld van zo’n ontzettend goed boek is Lampje. Een instant klassieker, zoals recensenten zeiden. Een best dik kinderboek met een mooi en lief en wonderlijk verhaal.

Het boek van wonderlijke nieuwe dingen – Michel Faber

Ik las dit boek al eerder, maar ook deze tweede keer was het weer even vreemd. Dit is namelijk echt een vreemd boek. Een dominee die aliens wil bekeren: een briljant idee voor een boekplot, toch? De hoofdpersoon verdwijnt langzamerhand helemaal in de wereld van de wezens die hij het evangelie wil uitleggen, en de manier waarop dat proces beschreven is, is wat het boek zo mooi maakt.

Throne of Glass – Sarah J. Maas

Dit zijn eigenlijk zeven boeken :-) Ik heb niet alle delen gelezen, maar ik was wel erg onder de indruk van het epische verhaal dat deze nog jonge schrijfster heeft opgezet. Ik vond het erg boeiend om de ontwikkeling in schrijfstijl te zien vanaf deel 1 naar de latere delen. Het eerste deel is duidelijk van een schrijfster in ontwikkeling, met wat vlakke hoofdpersonen en geen geweldige plotontwikkeling, terwijl het laatste boek echt behoorlijk magistraal is. Tip voor wie op zoek is naar boeken om in weg te duiken.

Non-fictie

Shameless – Nadia Bolz-Weber

Een boek dat het waard is om meerdere keren te lezen, net zoals de andere boeken van Nadia Bolz-Weber. Ik had het voorrecht om op het festival Greenbelt twee keer een lang interview met haar bij te wonen en was wederom diep onder de indruk van deze Amerikaanse voorganger. Ze lijkt soms vanaf de buitenkant wat arrogant, maar wat deze vrouw drijft is een diep verlangen naar heelheid. Dat doet ze door vernietigend eerlijk te zijn over zichzelf en over de kerk. Dit laatste boek gaat over seksualiteit en lichamelijkheid, iets waar velen mee worstelen, niet in het minst in de kerk. Op Greenbelt was de ontroering en de emotie toen het ging over deze onderwerpen bijna tastbaar. Een boek dat uiteindelijk gaat over jezelf mogen zijn, met huid en haar en hart, als kind van God.

A Room of One’s Own – Virginia Woolf

Er staan verrassend veel vrouwelijke auteurs in mijn lijst van beste boeken van 2019, en dat is niet geheel toevallig. Virginia Woolf wakkerde de feminist in mij aan. Wat een vrouw! Dit essay is, ondanks het feit dat het bijna 100 jaar oud is, verrassend actueel. Het stimuleert mij om mijn stem te vinden en ook meer te lezen van andere vrouwen.

The Divine Dance: the Trinity and your Transformation – Richard Rohr

Een boek waarin ik in 2018 al begon, maar dat ik in 2019 uitlas. Een boek om langzaam te lezen. Richard Rohr biedt een mystiek perspectief op het christelijk geloof. Ik vond het verfrissend en inspirerend en het hielp me om mijn eigen geloof iets beter te begrijpen.

Verborgen Omgang – Dietrich Bonhoeffer

Een mooi klein boekje van de bekende Duitse theoloog Bonhoeffer, die dit schreef op het moment dat zijn seminarie voor predikanten in opleiding gesloten werd door de Nazi’s. Hij schreef in één adem zijn ideeën op over hoe christelijk samenleven eruit zou moeten zien. De kern: het besef dat niet alleen ik, maar iedereen zowel zondaar als gerechtvaardigd is. In dat licht staat ons samenleven met elkaar.

The Sacraments. The Word of God at the Mercy of the Body  – Louis Marie Chauvet

Dit boek worstelde ik langzaam door. Niet omdat het niet interessant of mooi was, wel omdat het behoorlijk zware theologische kost is. Maar het gaf me zeer waardevolle nieuwe inzichten over kerk en sacramenten – misschien schrijf ik er nog weleens iets over.

En nu… op naar de volgende 80 boeken.