Voor wie benieuwd is hoe het mij verging, en voor wie zelf ooit ook wel graag een marathon zou willen lopen: hierbij een wat uit de hand gelopen verslag van mijn eerste marathon!

Mijn trainingsplan

Een marathon lopen betekent: veel, heel veel kilometers maken in de maanden ervoor. Ik ben al in december begonnen met mijn trainingsschema, dat ik zelf in elkaar gepuzzeld had door verschillende benaderingen op internet met elkaar te vergelijken. Na een paar weken heb ik het wat aangepast, omdat ik merkte dat het niet helemaal matchte met de trainingen op mijn hardloopclub. Uiteindelijk deed ik elke week ongeveer dit:

  • een easy run op maandag: tussen de 9 en 13 km
  • intervaltraining bij de hardloopclub op dinsdag (meestal rond 6-9 km totaal)
  • temporun op woensdag of donderdag (hier oefende ik op (halve) marathontempo – meestal rond de 8-10 km)
  • een lange duurloop op vrijdag of zaterdag: iedere week een beetje verder, tot uiteindelijk 30km
  • en soms nog een vijfde loopje, meestal niet meer dan 5km op een rustig tempo
  • en, ook heel belangrijk: twee keer per week krachtoefeningen, gewoon thuis zonder extra materiaal (zoals squats, sit-ups, planken, opdrukken, lunges).

Als er één ding is wat belangrijk geweest is in het trainen voor de marathon, is het wel consistentie. Iedere week een beetje meer, steeds een beetje verder, en dat dan volhouden. Mijn hoogtepunt was de week waarin ik 68 km hardliep – en in maart liep ik maar liefst 230 kilometers! Wat mij hielp om door te zetten was mijn ‘ontzag’ voor de afstand van 42.2 km en mijn vastberaden plan om níet in de laatste kilometers in te storten. Dat doel hielp me om trouw te blijven trainen. Wat ook hielp was dat ik me steeds fitter en sterker voelde en ik steeds sneller werd op de korte afstanden. Al met al heb ik heel erg genoten van de hele trainingscyclus van 16 weken. Twee jaar geleden kon ik van dit soort tempo’s alleen maar dromen.

Op weg naar Brighton

Eelco en ik hadden twee nachten in een Airbnb geboekt. Dat gaf ons de gelegenheid om deze stad nog een beetje te verkennen, in plaats van er alleen maar heen te gaan om te rennen. Brighton is een bekende strandplaats, het is de gay capital van de UK en grappig genoeg zie je dat ook wel terug op straat waar je veel niet-zo-standaard mensen spot. Ook onze Airbnb-gastheer had trots allerlei certificaten van een ‘gay bear festival’ in zijn wc hangen. Verder is er het bekende paviljoen met Indiase architectuur en natuurlijk de pier (waar een enorme zeemeeuw Eelco’s ijsje jatte!!). Om de benen te sparen namen we op zaterdag een bus langs de kust naar de mooie krijtrotsen, en speelden we scrabble in een pub. Het strand in Brighton bestaat overigens uit kiezels, waardoor de golven een heel ander geluid maken – grappige ervaring.

Voor de start

Maar ons bezoek draaide natuurlijk om de marathon. Op vrijdag haalde ik mijn startnummer op en ik kreeg er ook een marathon-shirt bij, een mooi aandenken! Verder volgde ik braaf alle ‘regels’ op die worden voorgeschreven aan marathonlopers. Zo at ik op zaterdag extra veel koolhydraten (bagels, pasta), zodat mijn energieniveau zo hoog mogelijk was, en dronk ik bietensap omdat dat iets goeds doet met de zuurstofopname in je bloed. In tegenstelling tot de nachten ervoor sliep ik die laatste nacht heerlijk. Ik moet zeggen dat het ook wel een beetje onwerkelijk was allemaal, en dat zorgde ervoor dat de zenuwen weinig kans kregen.

Op zondagmorgen ontbeet ik met twee bagels met jam, koffie en jus. Het was echt perfect hardloopweer: koud en zonnig! Beter had ik niet kunnen wensen. Alleen dan die wind… het begon in de loop van de ochtend steeds harder te waaien. Maar daar zou ik pas na kilometer 35 last van krijgen.

Ik kon makkelijk vanaf onze Airbnb naar de start lopen in Preston Park. Eelco bleef nog een tijdje thuis en zou na het halve marathonpunt langs de kant staan om mij de laatste twee gelletjes aan te geven. Nog zoiets: wat eet je tijdens de marathon om ervoor te zorgen dat je niet instort? Uiteindelijk nam ik vijf energiegelletjes mee en wat winegums – ik had van tevoren precies bedacht op welke momenten ik die zou nemen.

Het startterrein was prachtig om te zien: boordevol hardlopers (bijna 20.000!), groen gras, blauwe lucht, vrolijke mensen, goed georganiseerd. Ik had alles vrij strak getimed, leverde mijn tas in en ging in de rij voor de wc staan, wat wel even duurde, zodat ik precies vijf minuten voor de start in mijn startvak terechtkwam. Eerst gingen de snellere mensen van start, en ik startte zo rond 10.00 uur.

De start

En toen begon het! Dit was waar ik zolang naar had uitgekeken! Waar ik in de koude wintermaanden voor had getraind, in mijn eentje of met de club, waar ik mijn weekplanningen op had aangepast, waar ik biertjes in de pub voor had laten staan. Nu begon het dan echt!

Het begin was ontzettend druk. Zoveel mensen om me heen en geen kans om mijn eigen tempo te vinden. De eerste kilometer was zelfs de langzaamste van mijn hele marathon. Dat kwam ook omdat we meteen heuvel-op gingen, het park rond, om daarna langzaam af te buigen richting de boulevard langs de zee. Die eerste kilometers was ik vooral bezig met mijn ritme vinden en langzaam beseffen dat ik echt begonnen was.

De eerste helft: 1-21.1 km

De eerste helft van de marathon was in één woord fantastisch. Ik merkte al snel dat het tempo waar ik op had gemikt me prima afging en dat mijn hartslag niet te hoog werd. Daardoor kon ik genieten van alles wat ik zag en van de muziek waar ik naar luisterde. De route liep eerst naar de oostkant van Brighton en aan de andere kant van de weg zag ik de snelste hardlopers alweer terugkomen, en toen ik zelf de draai had gemaakt zag ik juist de langzaamste lopers langskomen, wat allebei erg leuk was om te zien. De weg had best veel hoogteverschil, waardoor je soms echt een verbluffend mooi uitzicht had over de zee, de krijtrotsen, en de eindeloze stroom kleurrijke hardlopers, die allemaal diezelfde afstand gingen rennen vandaag.

Ik liep ondertussen een behoorlijk constant tempo met iedere 5 kilometer in exact 30 minuten (6’00 per km). Ik heb dat wel vaker bij hardloopwedstrijden: alsof mijn lichaam precies weet hoe het een bepaald tempo moet volhouden. Fijn is dat, want zo kostte dat weinig mentale energie. Ook leuk om te bedenken dat ik deze snelheid twee jaar geleden alleen met de grootst mogelijke inspanning haalde bij mijn eerste 10km binnen het uur – nu liep ik gewoon meer dan 4x zo ver in hetzelfde tempo en voelde het heel makkelijk.

57209132_2241520279243123_3907405922703507456_o.jpg
(Het finishterrein met op de achtergrond de krijtrotsen waar het parcours langsging – Foto van de Facebook-pagina van de Brighton Marathon)

Het midden: 21.1 – 35 kilometer

Richting het halve marathonpunt bereikte de route weer het centrum van de stad en renden we langs de pier. Hier stonden ongelooflijk veel mensen langs de kant. Dat was echt geweldig leuk. Dit was het punt waarop ik een beetje ontroerd raakte: het ging zo heerlijk en iedereen was zo enthousiast… alles viel op z’n plek en ik moest wat tranen wegvegen!

Na het halve marathonpunt stond Eelco, precies zoals we hadden afgesproken. Hij had me kunnen volgen via een app en wist dus precies wanneer ik eraan kwam. Gelukkig zag ik hem meteen en dat gaf ook weer een nieuwe boost. Tot nu toe ging alles voorspoedig.

Ik bleef in hetzelfde tempo doorrennen, maar ik wist ook ik pas na 30km écht zou weten of ik dit kon volhouden. Tot die afstand had ik getraind en men zegt ook dat dan pas de marathon echt begint. Maar de 30 km ging voorbij en het bleef goed gaan, en ook kilometers erna. Ik merkte wel dat mijn hartslag nu hoger werd en dat het steeds moeilijker werd om bij de drinkpunten af te remmen, te drinken, en weer tempo te maken.

Toen kwam het saaiste deel van de marathon: richting de westelijke punt van de route. Daar hield de stad op en bereikten we een soort bedrijventerrein. Hier waren amper toeschouwers meer, en dit is ook precies het punt waarop veel hardlopers beginnen in te storten omdat ze te snel zijn begonnen of te weinig hebben getraind. Hier werd het echt een afvalrace, met steeds meer mensen die beginnen te wandelen of kramp krijgen. Ik bleef nog steeds vrij constant rennen en haalde dan ook veel mensen in.

20x30-BRMI5059

Het einde: 35 – 42.2 km

Bij kilometer 35 draaide de route weer en liepen we de laatste 7 km in één rechte lijn langs de zee terug naar de finish, die weer in de buurt van de pier lag. En hier begon de ellende! De wind, die steeds sterker was geworden, blies nu recht in ons gezicht en vrij hard ook. Nergens hadden we beschutting en dat is niet alleen fysiek lastig, maar ook mentaal – alsof je minder goed kunt nadenken. Vanaf hier was ik bijna alleen nog maar bezig met aftellen. Nog 7, nog 6, nog 5… Mijn tempo zakte een beetje in, vooral omdat ik bij de drinkpunten steeds moest afremmen om het water uit het plastic bekertje binnen te kunnen krijgen, en ik daarna maar moeizaam weer op gang kwam. De schade bleef overigens heel beperkt: ik maakte een paar kilometers van 6’13 en een paar van 6’28. Ik had geen puf meer om de winegums uit mijn zak te halen en pakte dankbaar wat jelly baby’s die mensen aan de kant van de weg aanboden.

Hier merkte ik pas goed hoe mentaal zo’n marathon is. Ik had mijn zinnen gezet op ‘niet instorten op het einde’ en ik liet de gedachte om te gaan wandelen gewoon niet binnenkomen. Pijn doet het toch wel, of je nu rent of loopt, en wie rent is sneller bij de finish. Je kunt er maar beter zo snel mogelijk vanaf zijn.

Want dat is wel echt zo: uiteindelijk gaat alles pijn doen. Ik vermoed vooral wanneer je net zoals ik je eerste marathon loopt. Ik heb goed getraind, maar nooit tot de volle 42 kilometer en ook niet op dit snellere tempo. Mijn uithoudingsvermogen was prima, maar mijn lichaam had best wel wat te verduren! Alles werd stijf en deed pijn. Maar tegelijkertijd raakte ik in een bepaalde trance waardoor ik maar gewoon bleef gaan en alleen maar dacht: nog 4, nog 3, nog 2…

Toen de route weer in de bebouwde kom kwam, stonden er weer veel mensen langs de kant. Ook Eelco was me trouw gevolgd en zag ik nog twee keer – de laatste keer keek ik volgens hem niet meer zo blij :-) Veel mensen langs de kant betekent dat je wat minder alleen bent met jezelf, dus de laatste kilometer wist ik mijn tempo weer een beetje op te voeren. Uiteindelijk finishte ik in 4 uur, 16 minuten en 48 seconden, een tijd waarop ik ongelofelijk trots ben! Dat is een gemiddeld tempo van 6’03 minuten per kilometer.

Na de finish

Toen ik eindelijk stopte met rennen, voelde ik pas echt goed hoeveel pijn alles deed. Ik kreeg mijn medaille, strompelde naar de plek waar ik mijn tas kon ophalen en nu realiseerde ik me pas echt hoe ver 42.2 kilometer eigenlijk is en hoe bijzonder het was dat ik gefinisht was. Toch voelde ik niet die grote ontlading die ik wel verwacht had. Ik was meer gewoon… tevreden. Opgelucht dat alles op z’n plek gevallen was, dat ik dit inderdaad kon.

Terwijl Eelco naar het finishterrein kwam, kleedde ik me in een wc om en probeerde me zo goed en zo kwaad als het ging een beetje op te frissen. We zouden diezelfde dag teruggaan met de trein en er waren geen douches, dus het was een beetje behelpen. Maar ik was allang blij dat ik nog kon staan en aardig kon functioneren! De spierpijn was overigens de dag erna veel erger, dus ik was blij dat we niet een nacht langer waren gebleven. Dan zou de treinreis veel pijnlijker zijn geweest :-)

En toen… herstellen!

Zo’n marathon heeft best een grote impact op je lichaam, ook als je er goed voor traint. Dat is waarschijnlijk anders als je regelmatig marathons loopt of veel meer kilometers maakt per week, maar in mijn geval duurde het herstel wel even. De eerste paar dagen had ik erge spierpijn en kon ik amper normaal opstaan van de bank (of van de wc!). Na vier dagen was de spierpijn zowat over, maar toen ik na zes dagen een klein rondje waagde merkte ik dat mijn benen écht nog niet wilden. Ook in de tweede week na de marathon bleef mijn hartslag hoger dan normaal, hoewel ik me verder wel weer helemaal oké voelde. Ik deed ook weer een Parkrun (5km) en die ging boven verwachting goed: bijna weer op hetzelfde tempo als een week voor de marathon. Nu in de derde week voel ik me weer helemaal goed en ga ik weer meer kilometers maken. Ik heb ongelofelijk veel zin om weer lekker te rennen en nu te focussen op snelheid in plaats van afstand. Hardlopen blijft me heel veel voldoening en vreugde geven.

Of ik ooit een tweede marathon wil lopen? Nou… trainen voor een marathon kost écht veel tijd. Ik had nu de luxe dat ik die tijd had doordat ik parttime werk en we in het weekend verder weinig verplichtingen/verjaardagen etc. hebben. Als ik die tijd niet zou hebben, weet ik niet of ik het ook gedaan had. Maar één ding staat nog wel op mijn lijstje… de London Marathon, het grootste hardloopevent hier in de UK. Misschien ooit!


5 reacties op “Brighton marathon – raceverslag!”

  1. Mooi verslag, een hele prestatie Gertine!!

  2. Corry Klaassen

    Goed gedaan hoor! ( Ik doe het je niet na……😏)

  3. Irma

    Geweldig Gertine, van harte gefeliciteerd! En wat schrijf je aanstekelijk, je zou bijna zelf zin krijgen om….nee, toch maar niet ;)

    1. Gertine Blom

      Haha!! En dank je – maar kleinere afstanden zijn ook leuk hoor ;-)

  4. Wow, respect!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: