Wat je nooit moet doen, maar wat ik de vorige keer in mijn boekenblog toch heb gedaan: zeggen dat je de volgende maand heel veel gaat lezen. Natuurlijk liep ik meteen nadat ik dat verkondigde, vast in mijn leesvoortgang. Dat kwam eigenlijk door een paar dingen tegelijk. Zo zei ik bijvoorbeeld mijn Storytel-abonnement op, om in plaats daarvan naar podcasts te gaan luisteren. Ik kon geen leuke boeken meer vinden die ik wilde luisteren en ik was opeens gefascineerd door een paar podcasts, zoals Serial en De Eeuw van de Amateur. En omdat Storytel geld kost en podcasts niet, ga ik nu proberen om voortaan podcasts in plaats van boeken te luisteren tijdens het hardlopen. Ook begon ik in augustus met werken. En ik had niet helemaal van tevoren bedacht dat ik daardoor natuurlijk ook minder kan lezen.
Hoe het ook zij, ik las deze maand drie boeken, en dat waren stuk voor stuk mooie verhalen.
Wolf Hall – Hilary Mantel
Ik begon in Wolf Hall al tijdens de vakantie, maar ik had veel moeite om het daarna uit te krijgen. Het is niet alleen een heel dik boek, maar ook behoorlijk taai qua schrijfstijl. De schrijfster won overigens met dit boek een prestigieuze literaire prijs, en ik snap ook heel goed waarom. Het is een fascinerend inkijkje in het leven van Thomas Cromwell, de staatsman die zich opwerkte van smidszoon naar belangrijkste adviseur van Henry VIII (de Engelse koning uit de 16e eeuw die wilde scheiden van zijn vrouw en daardoor indirect zorgde dat de Engelse kerk zich van de Katholieke Kerk afscheidde). In veel recensies van dit boek staat dat het zo meeslepend is en leest als een trein; ik vond dat niet. Ik vond het best een lastige stijl om in thuis te raken, maar je krijgt wel een heel goed beeld van die tijd, met al haar complexe en bizarre intriges aan het hof en in de kerk. Aanrader voor wie van geschiedenis (en dikke boeken) houdt.
The Immortal Life of Henrietta Lacks – Rebecca Skloot
Dit is zonder twijfel het fascinerendste boek dat ik in tijden las! Misschien doet de titel anders vermoeden, maar dit is een non-fictie-boek. Ik wilde het al een tijdje graag lezen omdat het onderwerp verband houdt met Eelco’s vakgebied: namelijk gekweekte menselijke cellen waarmee experimenten gedaan worden in het lab. En wel de cellen van Henrietta Lacks, een arme zwarte Amerikaanse vrouw die stierf in 1951. In die tijd waren er nog geen menselijke cellen die buiten het lichaam goed op kweek gehouden konden worden, maar de cellen van de tumor die Henrietta had, bleven oneindig in leven en bleven oneindig groeien. Dat werden de HeLa-cellen en die gaven wetenschappers de kans om allerlei experimenten te doen waarmee geneesmiddelen konden worden ontwikkeld. Het is nu al bijna 70 jaar later en nog steeds worden Henrietta’s cellen in wetenschappelijk onderzoek gebruikt! Het boek vertelt haar verhaal, en dat werd tijd ook: heel lang wist niemand iets van de vrouw achter de cellen. Oo haar familie wist niet dat haar cellen gebruikt werden voor onderzoek. Pas met dit boek heeft Henrietta postuum de erkenning gekregen die haar toekomt. De schrijfster heeft alles uitgezocht over haar leven en met haar familie gesproken, waarbij ze laat zien wat een enorme impact dit hele verhaal op de familie Lacks had – de familie die te arm is om hun ziektekosten te betalen, terwijl de cellen van hun moeder/nicht/echtgenote overal ter wereld voor geld worden verkocht… De opbrengst van het boek gaat gelukkig deels naar een stichting die ten bate komt aan de zorg- en onderwijskosten van de familie Lacks. Kortom, een fascinerend verhaal waarin je ook nog eens veel te weten komt over de ontwikkeling van het wetenschappelijke medische onderzoek. Voor wie niet van non-fictie houdt: dit leest als een spannende roman.
De verwarde cavia – Paulien Cornelisse
Ik houd van de droge schrijfstijl en de rake observaties van Paulien Cornelisse! Ze is ook een regelmatige gast in de podcast De Eeuw van de Amateur, en die afleveringen vind ik dan ook het allerleukste. Ik ontdekte dat zij haar boek De verwarde cavia zelf heeft ingesproken en als podcast online gezet. Het was weer heerlijk luisteren naar de korte hoofdstukjes over het kantoorleven van Cavia, haar collega’s en haar liefdesleven. De gesprekken zijn ontzettend levensecht, er zit een hoop humor in en tegelijk heeft het boek soms iets treurigs en raakt het grote levensvragen. Puur luisterplezier, wat mij betreft.